Vakantie zonder toestemming: dit zegt de rechter
08 juni 2023
Werkgevers kunnen een vakantieaanvraag weigeren als zij hier goede redenen voor hebben. Werknemers die dan toch op vakantie gaan, lopen daarmee een groot risico.
Rechtszaak 1: Vakantie zonder toestemming
De situatie
In deze zaak boekte een werknemer een vakantie zonder overleg met zijn werkgever. Pas een aantal maanden later vroeg de werknemer om schriftelijke toestemming aan zijn leidinggevende. De leidinggevende weigerde om toestemming te verlenen, omdat de vakantie van de werknemer in een drukke periode van de organisatie viel.
Daarnaast waren er onvoldoende ervaren collega’s beschikbaar om de werknemer te vervangen. De werkgever waarschuwde de werknemer dat wanneer hij toch op vakantie zou gaan, dit vergaande consequenties zou hebben. Ondanks de waarschuwing vertrok de werknemer naar zijn vakantiebestemming. Als gevolg hiervan besloot de werkgever over te gaan tot een ontslag op staande voet.
Oordeel van de rechter
De rechter was het eens met de motivatie van de werkgever. De werkgever had goede redenen om de vakantie te weigeren en de werknemer was bovendien een gewaarschuwd mens. Volgens de rechter mocht de werkgever de werknemer dan ook op staande voet ontslaan.
Het weigeren van een vakantieaanvraag: dit zegt de wet
Werkgevers moeten werknemers in de gelegenheid stellen om vakantiedagen op te nemen. De werkgever volgt hierbij de wensen van de werknemer op, tenzij er gewichtige redenen bestaan om dit niet te doen. Zo kan de werkgever in de vakantieperiode bijvoorbeeld te maken krijgen met rooster technische problemen, op het moment dat een werknemer juist in die specifieke periode op vakantie wil gaan. De gevolgen van de verstoring van de bedrijfsvoering zal de werkgever moeten afwegen tegen de vakantiewens van de werknemer.
Rechtszaak 2: Vakantie zonder toestemming
De situatie
In de tweede zaak boekte de werkneemster maar liefst twee vakanties zonder overleg met haar werkgever, waaronder een verre reis naar Indonesië. Pas enkele maanden later vroeg zij om schriftelijke toestemming. Tijdens dezelfde periode kreeg de werkneemster een nieuwe functie binnen een andere afdeling. Doordat deze nieuwe functie andere vaardigheden vereiste, hoorde hier ook een inwerkperiode met training bij. De werkgever wees de vakantieaanvraag af: de docent van de training was alleen tijdens de vakantieperiode beschikbaar. Daarnaast viel de vakantie samen met piekdrukte.
Oordeel van de rechter
Volgens de rechter golden de door de werkgever aangevoerde redenen als gewichtige redenen. De werkneemster had er immers zelf voor gekozen om, zonder overleg, haar vakanties te boeken. Zij heeft zelf het risico genomen dat de werkgever haar vakantiewens zou kunnen weigeren. Bovendien kon de werkneemster de bewuste vakantie-uren op een ander moment opnemen.
Regels vakantieaanvraag
Een werkgever moet binnen twee weken schriftelijk reageren op een vakantieaanvraag. Blijft een reactie na twee weken uit? Dan mag je veronderstellen dat je toestemming hebt verkregen. Als de werknemer dan besluit om op vakantie te gaan, zal er geen sprake zijn van werkweigering.
Werkgevers zijn geoorloofd een vakantieaanvraag af te keuren als zij hier goede redenen voor hebben en dit goed onderbouwen. Werknemers die op een afwijzing van een werkgever reageren door toch op vakantie te gaan, lopen daarmee een groot risico: in sommige gevallen is een ontslag (op staande voet) geoorloofd.
Hof Arnhem-Leeuwarden, 12 september 2017, ECLI:NL:GHARL:2017:7983
Rechtbank Rotterdam, 22 september 2018, ECLI:NL:RBROT:2018:9398